De lever ligt rechtsboven in de buikholte tegen het midden rif aan. Het bloed stroomt door 2 bloedvaten naar de lever. Door de leverslagader stroomt zuurstofrijk bloed naar de lever en door de poortader stroomt zuurstofarm bloed vanuit de wand van het darmkanaal naar de lever.

In de lever word glucose omgezet in glycogeen, dat word opgeslagen. Dat kan weer worden omgezet in glucose dat vervolgens weer wordt opgenomen door het bloed.

De lever produceert gal, gal word tijdelijk opgeslagen in de galblaas. via de galbuis word gal naar de twaalfvingerige darm gevoerd. De gal emulgeert vetten. In de lever worden rode bloedcellen afgebroken. Daarbij ontstaan galkleurstoffen die verlaten het lichaam samen met de gal via de endeldarm. Ze geven je ontlasting een bruine kleur.